Mazda 6 schittert in Parijs

Mazda 6 schittert in Parijs
Bekijk 35 foto's
Door: AUTO55 26-09-2012

Kodos. Zo heet de ontwerptaal die Mazda zichzelf heeft toegeëigend, en waarmee ze na de CX-5 ook de nieuwe 6 een zekere identiteit hebben aangemeten. Want die laatste is er niet alleen lichter en zuiniger, maar ook weer een pak knapper op geworden - en z'n voorganger was al verre van lelijk te noemen. De 6 bleef aardig in de buurt van voorbode Takeri Concept en liet zich inspireren door een gespierd roofdier, net voor de sprong. Het model wordt verkoopbaar gesteld als vierdeurs en als break, die men gemakshalve Sportbreak noemt. De praktischer broer meet 4,8m terwijl de berline 6,5cm extra aantikt, een trend die ook de wielbasis heeft beïnvloed. De Sportbreak boet hier voor 8cm in en klokt af op 2,75m - ten opzichte van 2,83m voor de sedan die zelfs de Skoda Superb overtreft. En dat terwijl de 6 tot 50kg is afgeslankt. Dankzij de groeispurt profiteren de achterste inzittenden nu van 4,3cm extra knieruimte en 3,7cm extra beenruimte. Bovendien werd het zitvlak en de rugleuning met respectievelijk 2cm verlaagd en 3,3cm verhoogd, wat het comfort alweer ten goede komt. Inzake gebruiksgemak moet vooral de HMI-knop punten scoren. Die bevindt zich in de middenconsole en houdt de navigatie, audio en dergelijke meer onder controle. In normale configuratie lust de Mazda 6 tot 489 liter aan bagage, als break kan er 522 liter vanaf.

Uiteraard paste de autobouwer ook in dit geval het innovatieve SkyActiv-principe toe, dat we al kennen uit de CX-5 en wordt toegepast op de ontwikkeling van motor, onderstel, transmissie en koetswerk. Z'n luchtweerstandscoëfficiënt (Cx) van 0,26 doet geen enkele concurrent hem na en heeft, net als het remenergierecuperatiesysteem i-Eloop, enkel positieve bijwerkingen voor het verbruik. Laatsgenoemde speeltje laadt een condensator op van zodra de bestuurder de voet van het gaspedaal haalt, en die condensator voedt dan weer zaken als klimaatregeling en andere elektronische toepassingen, waardoor de motor van die taak wordt ontlast. Het motorenpalet zelf omvat drie benzine- en twee dieseldrinkers, met afhankelijk van de uitvoering een automatische of manuele zesversnellingsbak - waarvan de meesten beschikbaar met i-Eloop. Eerst in rij is een atmosferische 2,0 liter viercilinder benzine met 145pk, die gemiddeld 5,5l/100km lust en 136g/km CO2 uitademt. Die is ook met 165pk beschikbaar, al blijft het maximumkoppel steevast hangen bij 210Nm. De eerste vermogensversie heeft 9,5 seconden nodig om 100km/u te bereiken, terwijl de krachtiger variant daar bijna een halve seconde onder blijft. Met automaat presteren ze beiden telkens iets minder goed, wat ook geldt ook voor het brandstofverbruik en bijbehorende emissiecijfers. En wie het echt bont wil maken kan ook voor een 192pk-sterke 2,5 liter opteren, maar die zullen we vermoedelijk minder op onze Belgische wegen tegenkomen. Dieselen kan met de 2,2 liter SkyActiv-D, goed voor 150pk en 380Nm enerzijds of 175pk en 420Nm anderzijds. In manuele toestand verbruik je in het eerste geval 3,9l/100 km en lezen we 104g/km af op de CO2-schaal. Het surplus aan pk's en trekkracht vertaalt zich naar 4,5l/100km en 119g/km CO2.

De nieuwe 6 vind je in verschillende uitvoeringen in onze testrubriek.

Geef commentaar
comments by Disqus