Alles over de nieuwe Smart Fortwo en Forfour

Bekijk 78 foto's
Door: BV 16-07-2014

We waren niet de enige om op het Autosalon van Genève vruchteloos te speuren naar een spoor van de nieuwe Smart Fortwo. Immers, de Renault Twingo van de nieuwe generatie, was er wel. En het is met dat modelletje dat de derde poging om een deuk te slaan in de markt van de compacte auto’s al z’n ingewanden deelt. De Twingo ruilde om die reden zelfs z’n motor en aandrijving aan de voorzijde voor een systeem dat in beide gevallen de achterzijde verkiest. Maar er was geen Fortwo, laat staan een Forfour. Smart hield z’n adem nog even in om beide modellen tegelijk voor te kunnen stellen. Nu is het zo ver. In oktober staan ze op het Autosalon van Parijs en nog voor het jaareinde maken we ermee kennis op de weg. Vandaag lijsten we alle details op.

Een ruimtewonder - bewezen

In de Fortwo krijgen de inzittenden de beschikking over liefst 75% van het totale volume
Met een lengte van 2,69m is de Fortwo niet langer dan voorheen. En toch moet hij meer ruimte en comfort bieden. Dat doet hij vooral in de breedte. Daar komt zo maar eventjes 10cm bij. Je zal het ook zien aan het koffervolume dat met 260 liter voldoende is om de strijd aan te gaan met compacte gezinswagens. Dat is ongetwijfeld een segment waarin Smart meer dan voorheen wil gaan spelen. De Forfour, die in z’n eerste - weinig succesvolle - vorm niets met de Fortwo gemeen had, maar nu technisch nagenoeg identiek is, wordt gerokken tot 3,49m. Dat levert 70cm meer binnenruimte op. Daarop kan je een extra zetel kwijt. Een limousine wordt het niet, maar het is meer dan in sommige vliegtuigen bijvoorbeeld. De breedte en hoogte zijn voor beide modellen identiek: respectievelijk 1,66m en 1,55m, maar de wielbasis gaat wel van 1,87 naar 2,49m. Alleen in de koffer is minder plaats. 185 Liter slechts, om de achterbank zo bruikbaar mogelijk te maken. Die kan wel neergeklapt worden en dan past er in de Forfour meteen 730 (tot aan de gordellijn) tot 945l (tot aan het dak).

In een kleintje als de Forfour komt het er vooral op aan om zo weinig mogelijk ruimte te verspillen. Een oefening die het bedrijf inmiddels in de vingers heeft. In de Fortwo krijgen de inzittenden de beschikking over liefst 75% van het totale volume. De Forfour doet zelfs nog niets beter - 77%.

Een echte neus

De ultrastijve en in contrasterende tint uitgevoerde veiligheidskooi is gebleven, al vervult ze momenteel een minder cruciale rol dan voorheen. En de guitige blik bleef ook. De ontwerpers maakten ze zelfs nog wat meer uitgesproken. Vooral door de keuze van de koplampen. Maar het grootste verschil is dat beide Smartjes voortaan niet meer in de technische categorie van de éénvolumers (met een motorkap en voorruit onder dezelfde hoek) maar de tweevolumers thuis horen. De neus is voortaan een duidelijk afgelijnd volume. Iets wat alles te maken heeft met de veiligheid. Ze biedt op deze manier meer ruimte voor kreukelzones en kan onfortuinlijke zwakke weggebruikers wat zachter opvangen.

Veiligheid

Ook aan de binnenzijde gaat de Smart wat zachter met z’n inzittenden om dan voorheen. Vooral in het geval van de bestuurder. Die krijgt niet alleen de obligate frontale airbag, maar ook een kniekussen. Zijairbags zijn ook van de partij, maar Daimler wil de potten vooral breken door in de kleine Smartjes een hoop elektronica te lepelen. Het autootje stuurt standaard al de gevolgen van zijwind bij. Daar merk je dus niets meer van. Een systeem dat je helpt op je rijstrook te blijven en eentje dat vooruit speurt naar nakende ongevallen zal je in de optielijst vinden.

De structuur

Daimler zegent de twee nieuwelingen met een geavanceerde voorophanging - een milde variatie op de McPherson-architectuur. Net als de koets is het spoor 10cm breder geworden, wat quasi automatisch garant staat voor een beter bochtengedrag. De achterophanging is nog steeds van het De Dion-type. Daaraan is nauwelijks wat gewijzigd. De constructeur heeft het over een gesofisticeerde De Dion, maar dat is eigenlijk een contradictio in terminus. Die dingen zijn zo stijf als een hark, alhoewel wat extra veerweg wellicht betekent dat vooral overlangse oneffenheden beter verteerd kunnen worden dan tot op heden het geval was. Een optionele sportophanging reduceert de bodemvrijheid met één miezerig centimetertje. Beide modellen zijn technisch nagenoeg identiek. De veiligheidscel is ook uitwisselbaar.

Motoren

Boven de aangedreven achterwielen legt Smart twee driecilindertjes. Die kennen we ook al uit de Twingo. De eerste heeft een inhoud van 999cc en wekt 71pk en 91Nm op. Een tweede variant heeft recht op een turbo en ontwikkelt 90pk en 135Nm trekkracht uit slechts 898cc. Later wordt nog een instap benzinemotor verwacht met 60pk. Elektrische aandrijving wordt nagenoeg zeker realiteit in de toekomst, maar van het kleine dieseltje is geen spoor meer.

Wie beide Smartjes met de hand wil schakelen moet z’n ding doen met een vijfbak. Een automaat is er ook en die heeft zes verzetten, terwijl een systeem met dubbele koppeling zorgt voor bliksemsnelle en nagenoeg onvoelbare schakelovergangen.


Geef commentaar
comments by Disqus