Austin Allegro (1973 - 1983)

Bekijk 12 foto's
Door: HM 10-12-2016

Austin is zo Brits als de Brexit. Ooit een glorierijke geschiedenis, maar ergens onderweg helemaal de weg kwijt, met chaos en kakafonie tot gevolg. Niets lukte nog en deze Allegro werd zowat het mikpunt van alle spot en hoon.

In 1973 was hij bedoeld als opvolger van de populaire Austin 1100, met de slogan ‘the new driving force from Austin’. Terwijl de Austin 1100 een zeer populaire auto was in zijn tijd, kwam de Allegro op een grijze, zwaarbewolkte dag tot stand en kreeg hij al het slechte uit die rampzalige Britse periode mee. En aangezien de Allegro collectief uitgelachen werd, deed niemand enige moeite om hem als oldtimer in stand te houden. Dit icoon van Britse seventies kitsch, ook wel de slechtste auto ooit genoemd, is onherroepelijk weg. Tijd om hem terug wat aandacht te schenken en wat rehabilitatie.

Willen maar niet kunnen

Voor deze Austin, dat intussen deel uit maakte van het megalomane British Leyland, is het heus niet moeilijk om een lange lijst van manco’s op te sommen. De Allegro’s waren notoire zelfvernietigers door hun roestgevoeligheid. Ze hadden geen praktische vijfde deur. Terwijl de hatchbacks (VW Golf, Simca 1100 of Renault 16) volop de markt begonnen te domineren, was Austin dat vergeten en kreeg de Allegro een moeilijk toegankelijke koffer. Hij was evenmin de mooiste eend in het gamma. Ook over het interieur zullen we zwijgen. Hij werd verondersteld om voldoende luxe uit te stralen. Vandaar de wat dikkere zetels, wat dan weer minder beenruimte tot gevolg had. Om dit gebrek aan beenruimte te compenseren, kwam de Allegro met een vierkant stuur met afgeronde hoeken. Maar hoongelach werd zijn deel. Meerdere eigenaren zagen een achterruit loskomen of constateerden een buitensporig olieverbruik.

Er was de dappere poging met het hydragas veersysteem. Dat was een vereenvoudigde variant van het hydropneumatisch veersysteem van Citroën. Een gasbolvering zodat voor-en achtervering in verbinding stonden. Maar terwijl Citroën erin slaagde om een zijdezacht comfort te bieden, was daar bij de Allegro niets van te merken.  Kortom deze Allegro was de beste reclamecampagne voor de opkomende Japanse auto-industrie.

Leyland-bashing

Ook in de Britse pers werd de Allegro hard aangepakt met cynische commentaren zoals: “je steekt belachelijk veel geld in de top van British Leyland, en onderaan komt er een Allegro uit”. Het werd een populaire sport: ‘Leyland-bashing’, vooral gevoed door insiders en eigen vakbonden. Toch wat onrechtvaardig, want hoe meer alle kritiek naar een bepaald model ging, hoe meer andere modellen zich konden verstoppen. Op de keper beschouwd, zaten de jaren zeventig vol manke auto’s. Waarom kreeg deze Allegro dan zoveel bagger over zich heen?
Austin probeerde het tij nog te keren met wat gamma-uitbreiding: een praktische stationvariant, bizar genoeg geen vijf, maar drie deuren. Zelfs een luxueuze Vanden Plas-variant met een automatisch geschakelde 1500cc, leren zetels en extra hout in het dashboard. Tot zelfs een prominente chromen gril, die de Allegro vooral een zeer onevenwichtig front bezorgde. Wie zat daar op te wachten?

Er was zelfs een Belgische link met dit tragisch model. De Allegro werd tot 1982 ook in België (in Seneffe) gebouwd. Ook in Italië (Milaan) liep hij van de band en werd daar als Innocenti verkocht.

Maar niks leek te helpen. Iedereen lachte met deze Allegro. Toch werden tussen alle stakingen en protesten door op 10 productiejaren 640.000 stuks gebouwd. Da’s minder dan gehoopt door de Leylandbonzen, maar ook niet dramatisch slecht. In 1983 werd hij uit z’n lijden verlost en opgevolgd door de Maestro, met eindelijk een vijfde deur. Maar toen was het kalf al lang verdronken, niemand geloofde nog in British Leyland.

Geef commentaar
comments by Disqus