Hoewel Lexus zich nog niet eerder waagde aan een vijfdeurs, of een model met dergelijk compacte afmetingen, is deze 4,32m lange, 1,76m brede en 1,44m hoge creatie wel onmiddellijk als een product van de fabrikant herkenbaar.

Vooral de neus is typerend, met z'n hoog ingeplante lichtunits en lager gepositioneerde radiatorgrille en ertussen een plooilijn die doet denken aan de rondingen van een vrouwenlichaam. De grotendeels heldere achterlichtunits zijn eveneens verbonden met het merk. Dat betekent echter niet dat de CT200h daarom bulkt van het karakter, want de flanken kan je dan weer het best omschrijven als ‘generisch' ondanks de aanwezigheid van een achterruit met gecamoufleerde c-stijl.

De afwerkingsgraad van het koetswerk is hoog, zoals dat past bij een auto in z'n segment. De paneelnaden zijn fijn en gelijklopend. De koets is, zoals verwacht, uitgesproken aerodynamisch. Hoewel Lexus nog steeds een dakantenne plaatst (en geen exemplaar in een raamframe inwerkt) en de CT200h weerom getooid is met belachelijk grote buitenspiegels, laat hij een Cx van 0,29 optekenen. Om die te verkrijgen besteedden de ingenieurs zelfs aandacht aan de wagenbodem, die vlakker werd gemaakt.