Rover 75 Touring 2.0CDT Rijgedrag

Rover 75 Touring 2.0CDT
Bekijk 6 foto's
Door: REDACTIE 15-10-2007
De dieselmotor die instaat voor de aandrijving is een 1951cc common-rail viercilinder-in-lijn met dubbele bovenliggende nokkenassen en vier kleppen per cilinder die afkomstig is van BMW. De zelfontbrander is goed voor 116pk bij 4.000t/min. en 260Nm koppel bij 2.000 krukasrotaties per minuut. Dat is niet bijzonder veel met 1.590kg op de weegschaal en een automaat die onvermijdelijk enkele paarden laat sneuvelen. 100km/u kan niet in minder dan 13,8 seconden op de teller staan, maar omdat de automaat tegelijk soepel en alert is (er is nauwelijks sprake van vertraging en tegelijk worden de schakelovergangen bijna geheel afgevlakt) lijkt het alsof de acceleratie moeiteloos verloopt. De topsnelheid van de Tourer bedraagt 180km/u, 10km/u trager dan de berline. Rover biedt ook nog een krachtigere variant van dezelfde motor aan met 131pk die dik anderhalve tel sneller accelereert, maar die vinden we niet noodzakelijk. De automaat verdient wel een software-update om te verhinderen dat er in bochten teruggeschakeld wordt, wat met name bij een vlotte rijstijl te veel het geval is. Ons testverbruik bedroeg over de gemengde cyclus 10,8l. Een behoorlijk contrast met de 6,9l die de constructeur opgeeft. Voor wie vlot met het verkeer mee wil lijkt dat cijfer dan ook nauwelijks haalbaar. Ten opzichte van onze veeleisende testcyclus enkele liters besparen moet dan weer wel mogelijk zijn.

De ophanging bestaat uit een systeem met McPherson veerpoten met schroefveren en gasgevulde schokdempers vooraan en een Z-as met dezelfde attributen achteraan. De Touring heeft daarenboven recht op een automatische niveauregeling achteraan. De afstelling is stugger dan je bij een dergelijk wagentype zou verwachten, terwijl de demping, met uitzondering van dwarsrichels die eerder nerveus verwerkt worden, nog steeds comfortabel blijft. Een afstelling dus die comfort combineert met de mogelijkheid om je een wat meer dynamische rijstijl aan te meten en dat bevalt. Wel spijtig dat de CDT net als de 1.8 geen recht heeft op een extra stabilisatorstang om het hellen in de bochten tegen te gaan. Het enige waaraan Rover heeft gewerkt is aan de besturing. Voortaan heeft het model een lineair overgebrachte bekrachtigde tandheugelstuurinrichting die wat lichter mocht uitvallen tijdens parkeermanoeuvres maar tijdens zowel stedelijke als buitenstedelijke ritten een groot bedieningsgemak combineert met voldoende feedback en, geholpen door relatief breed rubber, een behoorlijk snedig stuurgevoel.

Geef commentaar
comments by Disqus