Toyota Urban Cruiser 1.4 D4-D

Toyota Urban Cruiser 1.4 D4-D
Bekijk 64 foto's
Door: BV 14-04-2009

Toyota heeft wat nieuws bedacht. In het B-segment lanceren de Japanners nu immers de fonkelnieuwe Urban Cruiser. Een trendy cross-over, omdat het compacte segment wel groeit, maar dat vooral doet in de klasse van de compacte monovolumes of -zelfs - SUVs. Een Yaris is leuk, de Urban Cruiser is nog leuker, nog meer premium (nog zo'n modeterm). En de ambities voor het kleintje zijn niet min. Toyota wil dat mensen hun Mini, Alfa Romeo Mito of Nissan Note links laten staan voor deze mengauto. De nieuweling combineert immers de hogere zithouding van een monovolume met wat meer robuuste looks. De marketingjongens hebben zich uitgeleefd in het bedenken van alweer een nieuwe niche.

De maten plaatsen de vijfzitter stevig binnen de compactklasse. Hij is minder dan 4m lang, 1,72m breed en 1,52m hoog. Een soortgelijk model staat bij Toyota in Japan (waar hij wordt gebouwd) in de catalogus en wordt in de VS op de markt gebracht onder de merknaam Scion - Toyo's jongerenmerk. Europa wordt getrakteerd op een nieuwe voor- en achterzijde en een aangepast onderstel. En alleen hier bestaat de optie om het model op de vier wielen aan te drijven. In dat geval worden de zelfzeker uitgewerkte wielbogen, de dikke neus en zelfbewuste achterbumper nog eens met extra stootvaste plastics verrijkt. Niet omdat ze nut hebben, maar omdat het imago nu eenmaal alles is. En omdat uiterlijke opsmuk helpt om het prijskaartje te verantwoorden. Want laat ons de bittere pil maar meteen nemen; de Urban Cruiser is niet goedkoop. Onder de kap zitten moderne, maar bescheiden motoren. De eerste is een 1,33l grote viercilinder benzinemotor met 101pk en 132Nm die ook dienst doet in de Auris, Yaris en rond deze tijd leverbaar wordt in de iQ. In de basisuitvoering Terra moet die al € 17.860 kosten. De enige andere optie is een 1.4l D4-D die 90pk en 232Nm levert. Die kan u niet voor minder dan € 19.630 op de oprit parkeren. De vierwielaangedreven variant, die gebruik maakt van een lamellenkoppeling om -enkel wanneer de omstandigheden dat vereisen- maximaal 50% van het koppel naar de achterwielen te sturen, kost minimaal € 21.250. De versie op de fotos prijkt bovenaan het aanbod en kost zelfs € 25.140. Dat is toch even slikken.

Alle motoren worden gekoppeld aan een handgeschakelde zesbak. Die helpt het verbruik reduceren tot 6,6l/100km voor de benzine en 5,3l voor de diesel (AWD: 5,8l). Het speciaal voor Europa afgestemde onderstel maakt gretig gebruik van de beschikbare veerweg. Dat garandeert niet alleen voor een uitstekend comfort, het zorgt ook voor een grotere tolerantie voor verkeersdrempels, dwarsrichels, kasseien en andere zaken die de overheid heeft opgeworpen om je uit je auto te pesten. Dankzij z'n aardige koppel weet vooral de dieselmotor te overtuigen. Die is gewillig bij normaal gebruik. De Urban Cruiser op z'n staart trappen heeft overigens weinig effect. Een sprinttijd van respectievelijk 12,5 (benzine) en 11,7 (diesel) tellen is hooguit correct. Vanzelfsprekend heeft de Urban Cruiser een elektrisch bekrachtigde stuurinrichting. Bij lage snelheden is die uitgesproken licht voor een optimale wendbaarheid en bij hoge snelheden voelt die geruststellend zwaar aan. Communicatief is ze nimmer.

Aan de binnenzijde is de Urban Cruiser verzorgd. Dat is hij aan z'n premium positionering ook verplicht. Ergonomisch klopt alles als een bus, maar wat trendy vondsten kunnen toch niet verdoezelen dat het instrumentarium minimalistisch is uitgevoerd. De sterke punten zijn de aantrekkelijke kunststoffen, het prettig in de hand liggende stuurwiel, de foutloze rijhouding en de laadcapaciteit van 314l die tot goed 700l uitbreidbaar is. Die sterke punten zijn overigens binnen het Toyota-aanbod niet het alleenrecht van de Urban Cruiser. Ze gaan ook op voor de Yaris, die een stuk beterkoop is. Resten nog imago en looks als voornaamste aankoopcriteria. Emotie speelt een grote rol bij de aankoop van auto. Gelukkig, al betaalt u er hier een (te) hoge prijs voor.


Geef commentaar
comments by Disqus