De best verkochte Mercedes aller tijden: W123 (1976 - 1985)

Bekijk 15 foto's
Door: HM 16-04-2020

Zowat elke autoconstructeur is stikjaloers op Mercedes-Benz. Ook in vervlogen tijden, toen de marketingdienst nog niet de machtigste was, wist simpelweg iedereen dat ze bij het merk met de ster Das Beste oder Nichts bouwden. Mercedes had geen clevere marketingboys nodig om z’n imago uit te bouwen. De lange traditie van statige, luxueuze en dure limousines sprak voor zich.

En wat is nu precies de best verkochte Mercedes aller tijden? De W123, de latere E-klasse. Gelanceerd in 1976, toen nog gewoon 200 genoemd. Hij klokte af op 2.696.915 exemplaren. Menig ander constructeur zou een been willen afstaan indien hun paradepaardje dergelijke productie-aantallen zou halen.

De Uber-auto

De oerklassieke W123 bouwde verder op een unieke traditie en stond voor alles waar Mercedes mee kon geassocieerd worden: duurzaam, statig, nobel, veilig, verheven, duur en zeker niet toegeven aan vluchtige trends. Hoe anders dan vandaag. Een simpel ontwerp met eenvoudige lijnen. Maar niet meer de rechtopstaande koplampen. Mercedes was niet het merk dat even snel van design wisselt als van hemd. Neen, in Stuttgart hielden ze vast aan een eigen stylingcanon. Ook de niet-petrolhead herkent een Mercedes al van ver. Met hun uitgesproken klassisisme en een statige gril met een ster erop bleven ze generatie na generatie een duidelijk herkenbaar gegeven.

Niet alleen de buitenkant, ook binnenin waren er tal van zekerheden: gegarandeerde heerlijke stoelen en als je de deuren dichtgooide was er een zware doffe kwaliteitsklap. Wat een verschil met pakweg een Franse auto. De dag dat je trouwde, mocht je op de achterbank zitten, waauuw, de mooiste dag van je leven.

Als er al sprake was van concurrentie, kwam dat van een BMW 5, een Audi 100 of een Volvo 240 en met enige moeite nog een Engelse Rover. Maar allemaal wisten ze wie de baas was, op alle vlak: degelijkheid, uitstraling, verkoopaantallen. De lange levertijden spraken voor zich.

Ingetogen

Vandaag etaleert de E-klasse graag hoe gesofisticeerd hij wel is. Toeters en bellen alom. Bij de W123 was dat minimalisme veeleer het credo, getuige z’n erg pure instrumentarium. Alles wat Das Haus fabriceerde had prestige te over, maar prefereerde eerder soberheid, degelijkheid of veiligheid. En die ingetogenheid sloeg aan. Een Franse Citroën DS of CX was z’n tegenpool. Bij de grote Citroëns stond luxe en prestige bovenaan het lastenboek, evenals extravertie en non-conformisme. Degelijkheid stond veel lager. Bij Mercedes was dat anders. Z’n comfort was nog niet zo vanzelfsprekend. Op z’n geheel eigen manier straalde deze bestseller een ingetogen luxe en prestige uit. Geaccentueerd door wieldeksels in carrosseriekleur, wat chroom maar niet teveel, de ster op een klassiek verchroomde grille of geribbelde achterlichten. Ronde koplampen voor de (nu ja) basisversies, en rechthoekige koplampen voor de nog duurdere versies. De vierwielers van Das Haus waren allesbehalve schreeuwerig, ze liepen niet te koop met hun superioriteit en straalden veeleer een onderkoelde status uit.

De defintie van degelijkheid

Het rare bij Mercedes is dat je nooit het woord revolutionair zal horen vallen. Terwijl generatie na generatie telkens heel revolutionaire technieken gelanceerd werden: de diagonaal-pendelas achter, ABS-remsystemen, schijfremmen rondom met slijtage-indicatoren, automatische rolgordels, gordelspanners, airbags, vervormbare kreukelzones, deursloten die ook bij een zware crash nog steeds open gingen. Ook bij het verfijnen van de dieselmotor was Mercedes een pionier. Geen enkel ander merk heeft meer innovaties gelanceerd. Maar Mercedes bleef daar steeds discreet over. En vooral, elke innovatie, en dat waren er eg veel, werd maniakaal getest.

De benzineversies gingen van een simpele tweeliter viercilinder met 90 pk tot een 185 pk sterke zescilinder injectiemotor met dubbele bovenliggende nokkenassen. Best een krachtige motor, maar hoegenaamd niet bedoeld als scheurijzer, daarvoor was deze veel te zwaar, meer dan 1600kg. Ook de ophanging was niet afgestemd op het rijgedrag van Lewis Hamilton.

Niet vooruit te branden, niet kapot te krijgen

De diesels waren niet vooruit te branden, maar ze bleven rijden. Niet voor niets de favoriet van de taxichauffeurs, zowel chauffeur als inzittenden voelden zich veilig. Het verhaal wil dat de klanten van Mercedes een speciaal speldje kregen als ze een bepaald aantal kilometers aflegden in hun eigen Mercedes. Waarschijnlijk hebben ze geen enkel speldje meer liggen in Stuttgart, daar deze mijlpalen bereiken kinderlijk eenvoudig bleek. Over het miljoen kilometers gaan, was niet zo uitzonderlijk. De dieselmotoren varieerden van de weinig inspirerende 200D met 60 pk tot één van de eerste in serie geproduceerde turbodieselmotoren: de voor die tijd oersterke drieliter vijfcilinder met 122 pk. De meest populaire W123 was trouwens een slome diesel: de 240D met 72pk. Deze klokte af op 455.000 stuks.

De Mercedes W123 is een blijver
Reeds lang voor z’n concurrenten had Mercedes al een stationwagon. De T-reeks, geheel utilitair bedoeld. Geen trendy gedoe of lifestyle. Wie zich nog meer wou onderscheiden, kon kiezen voor de coupéversie. Deze had een 85mm kortere wielbasis en was verkrijgbaar met een 280E zescilinder met 180pk. Geheel volgens de traditie waren er voor de belangrijke mensen op de planeet ook een aantal verlengde versies.

Een bestseller zonder promo-acties

De assemblagelijn draaide al die jaren op maximumcapaciteit. Nooit een verslapping gekend. En er werd vooral veel winst gemaakt. Een Mercedesverkoper moest nooit een eventuele korting toekennen, waarom zou hij. Je kon de populaire W123 op elke uithoek van de planeet tegenkomen. Bij de gefortuneerden, ministers of presidenten, maar ook bij de succesvolle carrièreboys. Wie succesvol was en wou tonen dat hij promotie op de sociale ladder aan het maken was, kon dat duidelijk maken door zich naar de Mercedesdealer te reppen. Mercedes waande zich superieur. Bij de ontwikkeling van een nieuw model werd niet gekeken naar concurrenten of gemikt op een bepaalde richtprijs. Neen, eerst gründlich z’n huiswerk maken en vervolgens de ontwikkelingskosten plus 20% bepaalde de verkoopprijs. Klaar. De klanten stonden sowieso in de rij. De W123 is trouwens nog lang niet verdwenen uit het straatbeeld, zeker niet in vele Afrikaanse of Aziatische landen. Net zoals de zon, de lucht de wolken en de files, is ook de W123 een blijver.

Geef commentaar
comments by Disqus