Deze ‘groene’ automerken investeren miljoenen in anti-milieulobby

Vergroot foto
Door: BV 13-10-2019

Een automerk is een commercieel bedrijf. Dat houdt in dat het in de eerste plaats de financiële belangen van z’n aandeelhouders moet dienen. Dat doet het trouwens best door producten af te leveren die door z’n klanten gegeerd zijn. Dat lijkt op een win-win-situatie, al zijn er tal van voorbeelden te vinden wanneer die twee niet met elkaar in overeenstemming zijn. De autosector heeft bijvoorbeeld een barslecht rapport wanneer het op terugroepacties en schandalen aankomt. Kijk hier maar eens naar het overzicht van de autoschandalen van 2018, toen telde Auto55.be er niet minder dan 14.

Wanneer het om brandstof en uitstoot aankomt, plooit een merk zich vanzelfsprekend naar de druk van klanten, politiek en regelgeving. Wanneer de maatschappij pro-diesel is, zijn de meeste automerken dat ook. Wordt een merk richting nulemissie gedwongen, dan zal het zich ook op die manier profileren. Of er nu een hybride, plug-in hybrid of een louter elektrische wagen wordt aangekondigd, de boodschap is altijd dezelfde: autofabrikanten zijn groen. Er zit evenwel nogal wat verschil tussen de PR-boodschap en de werkelijkheid. Automerken lobbyen hard om milieuregels van tafel te krijgen.

Tegen het klimaatakkoord van Parijs

Uit een onderzoek van de Britse krant The Guardian blijkt dat verschillende automerken de jongste jaren miljoenen uitgaven in een poging om strengere emissie-eisen tegen te houden. Sinds 2015 hebben onder meer BMW, Mercedes, Fiat-Chrysler, Ford, General Motors en Toyota zich verzet tegen het klimaatakkoord van Parijs. Dat streeft naar een beperking van de opwarming van de aarde tot 1,5 graden Celcius. De merken in kwestie spaarden intussen geld noch moeite om nieuwe wetgeving te blokkeren of te vertragen.
In Amerika proberen de automerken de door de Obama-administratie opgelegde strengere uitstootnormen van tafel te krijgen. Met wisselend succes. In Europa lag er een plan op tafel om merken te verplichten om tegen 2025 een verplicht percentage zuiver elektrische auto’s te bouwen. Dat plan werd door stevig lobbywerk van tafel geveegd.

Hipocrisie

Ook merken die zich graag als vooruitstrevend en groen profileren, gaan in de aanval. Neem nu Toyota. Dat werkte wel graag tegen de diesel, want dat kwam z’n hybridestrategie ten goede. Maar het lobbyde wel tegen het klimaatakkoord van Parijs. De daaruit voortvloeiende uitstootbeperkingen zijn namelijk ook niet meer realiseerbaar met louter conventionele hybrides. Plug-in hybrids en - uiteindelijk - geheel elektrische auto’s zijn daarvoor eigenlijk een must. Dat betekende dat de Japanners extra zouden moeten investeren en dàt wou het nu ook weer liever niet. Het werkte dan ook tegen het klimaatakkoord van Parijs, zo blijkt uit het onderzoek van The Guardian, ondanks het vooruitstrevende en groene imago dat het merk zichzelf aanmeet.

Geef commentaar
comments by Disqus