Mercedes SL R129 - van youngtimer naar oldtimer (1989 - 2001)

Bekijk 14 foto's
Door: BV 15-06-2019

Oorspronkelijk bedacht Mercedes, in de jaren vijftig al, de fameuze SL-reeks als een onversneden sportieve toevoeging aan het gamma. De twee letters staan niet voor niets voor “Sport Leicht”. De daarop volgende generaties verschoof de nadruk telkens wat meer naar comfort, zonder daarom de naakte prestatiecijfers te verwaarlozen. In 1989 was het weer tijd voor een nieuwe SL. Daarvoor werden weerom kosten noch moeite gespaard.

Briljant van Bruno Sacco

Destijds Bruno Sacco de designchef bij Mercedes. De in 1933 geboren technisch onderlegde tekenaar uit de buurt van Venetië drukte in die tijd onmiskenbaar z’n stempel op Mercedes-design. Hij tekende een hele reeks Mercedessen, waarvan de kleine 190 onmiskenbaar de meest invloedrijke was. Een sobere, statige vormtaal met een minimum aan opsmuk was z’n handelsmerk - wat een contrast met huidige ontwerpen. Hij is ook bekend omwille van de zogenaamde Sacco-Bretter. Dat zijn de panelen die tegen de onderzijde van de flank en portieren werden aangebracht om daar het koetswerk wat te verbreden. Op sommige versies werden ze in een contrasterende kleur uitgevoerd.

Gebaseerd op E-Klasse

De SL R129, waarvan er over een periode van 1989 tot en met 2001 precies 213.089 uit de fabriek in Bremen zouden lopen, was gebaseerd op het verkorte chassis van de toenmalige E-Klasse (W124). Het was een aërodynamisch meesterwerk van net geen 4,5m lang en 1,3m hoog. Het dak deed met z’n elektrohydraulische bediening en automatische vergrendeling precies wat je wou. Helemaal automatisch en toen nog nooit eerder vertoond.

Er ontstonden jarenlange wachttijden
De Duitsers presteerden het ook om de toen aangescherpte veiligheidsnormen te verzoenen met een elegant design. Cabrio’s kweekten in het decennium ervoor allemaal plots een rolbeugel. Het was immers niet langer acceptabel dat een koprol in zo’n dakloze automobiel automatisch de dood tot gevolg had. Bij Mercedes kwam ingenieur Karl-Heinz Baumann met de opklappende rolbeugel aanzetten. Die schoot bij onheil in 0,3 seconden van achter de hoofdsteunen omhoog. De oplossing voor de visuele smet die de strengere veiligheidsnormen met zich meebrachten. De stoelframes waren van lichtmetaal en hadden geïntegreerde veiligheidsgordels. Ook dat zag er eleganter uit en zorgde ervoor dat je niet ostentatief naar je gordel moest zitten graaien.

Van 6 tot 12 cilinders

Aanvankelijk werd de roadster geleverd met twee zescilinder lijnmotoren en één V8. Als twaalfklepper leverde de drieliter zescilinder 190pk en in de uitvoering met vier kleppen per cilinder bedroeg het vermogen 231pk. Onder de kap van de Mercedes 500 SL lag een V8 met 326pk (vanaf 1992 met katalysator 320 pk). In 1992 volgde het klapstuk van de reeks: de SL 600, met een 394 pk sterke twaalfcilinder onder de neus.

Voor een Mercedes was de SL R129 ongemeen stug, hoewel het naar hedendaagse normen wel meevalt. Je kreeg wel een windschot. Een even simpele als slimme vondst die de turbulentie in het interieur tot een minimum beperkte. Zo kreeg je weer wat van het comfort terug.

Het wachten waard

De belangstelling voor de nieuwe Mercedes SL was zo groot dat de fabriek de vraag bij lange na niet aankon, zodat er jarenlange levertijden ontstonden. In 1995 volgde een ingrijpende facelift. Het interieur werd voorzien van nieuwe portierpanelen en betere stoelen, en de softtop kreeg aangepaste afdichtingsrubbers. Ook de bumpers werden vernieuwd en de Sacco-Bretter op de flanken verdwenen. Een jaar eerder had Mercedes de motoren al ververst. Maar aan de ingetogen luxe en het rechttoe-rechtaandesign werd niet geraakt. Echt gezellig kon je de auto niet noemen. 

Na de facelift ging de SL R129 nog zes jaar mee. In 2001 werd het model opgevolgd door de R230-generatie. Deze kreeg een veel minder streng design, met dubbele ronde koplampen en een metalen klapdak dat toen erg in de mode was.

Geef commentaar
comments by Disqus