De originele baby-Benz: Mercedes 190 W201 (1982 - 1993)

Bekijk 59 foto's
Door: HM 12-06-2022

Begin jaren ’80 had Mercedes nog geen compacte A-reeks en zeker geen vinger in de pap bij de supercompacte Smart. Ondenkbaar. Das Haus leek vele decennia geleden z’n neus op te halen voor het kleine grut. Het Duitse Mercedes-Benz stond voor de statige, degelijke limousine. Robuust, stevig, ver weg van het plebs dat zich met kleinere auto’s verplaatste. Toch was er die vervelende rivaal (BMW) die, naast degelijkheid, ook volop sportiviteit en dynamisme kon uitstralen.

Vloeken in de kerk

Mercedes wou ook wat meer compact rijplezier en dynamisme (en de bijhorende klanten), maar was sterk op z’n hoede om een ‘baby-Benz’ uit te brengen. In Stuttgart wisten ze zeer goed dat daar bij hun conservatieve achterban reactie op zou komen. En het wilde geen reputatieschade oplopen indien de baby Benz niet voldeed aan de kwalitatieve Mercedes-standaarden. Wat een verschil met vandaag. Daarom werd een recordbedrag (2 miljard DM) uitgetrokken voor de ontwikkeling van de nieuwe modellijn. Er werden meer dan zes miljoen testkilometers afgemaald voordat de 190 of W201 in 1982 het levenslicht zag. En of er kwaliteit was. Dat hoorde je als je bij de nieuwe 190 een deur dichtgooide. Wat een verschil met de veel goedkopere concurrentie.

De eerste Mercedes die je met plezier naar een bocht wees

Maar naast de kwaliteit die uitmuntend moest zijn, viel de nieuwe 190 (4,5m) ook op door z’n minder plompe, zeg maar aangenaam en sportief rijgedrag. Met dank aan een merkelijk lager gewicht en een vernieuwde multilink onafhankelijke wielophanging. Dit verbeterde het stuurgedrag en resulteerde in een puike wegligging. De ideale reisauto dankzij de schokdemping, besturing, stoelen en nauwelijks hoorbare motor. En wat was zo’n korte draaicirkel toch een zegen (met dank aan de achterwielaandrijving). Kortom, de nieuwe 190 etaleerde knappe rijeigenschappen, passieve veiligheid en betrouwbaarheid.

Z’n uiterlijk was ook een breuk met de vroegere modellen. Meer gesculpteerd, een elegante wigvorm en de vloeiende vouw over de lengte van de carrosserie. Bruno Sacco, de ontwerper van de 190, was in z’n nopjes. Z’n team was er in geslaagd om met de beperkte omvang (slechts 4.5m), toch de merkwaarden goed uit te stralen. Sacco noemde dit zijn mooiste ooit.

Ze blijven rijden
Ook onderhuids was de 190 erg vernieuwend. Mercedes ging met op zoek naar gewichtsbesparing. In het verleden had het merk van kilo’s nooit een punt gemaakt. Het lichtere en toch sterkere plaatstaal en innovatieve materialen verminderden het gewicht van de nieuwe 190 tot 1180kg. Een pak minder dan pakweg een Peugeot 208 vandaag (!!). En belangrijk, zonder consessies in passieve veiligheid. Net zoals z’n grotere broers voldeed hij aan de eisen voor een asymmetrische frontale botsing bij 55 km/u.

Wauw, een diesel met 122pk

Je had de keuze tussen benzine of een destijds nog erg slome diesel. Automatisch geschakeld of met een handbak. De meest verkochte was een brave twee liter, meestal zonder injectie. Pas vanaf 1986 kwamen de zescilinders.

Maar omdat BMW altijd maar straffere versies van z’n 3-Reeks uitbracht, volgde Mercedes met een opbod aan vermogens. Ook bij de diesels. In 1984 had ‘de concurrentie’ een erg krachtige 2.4 TD in z’n 3- en 5-reeks. Mercedes antwoordde met de merkelijk vlottere 190D 2.5 vijfcilinder dieselmotor met 90pk. En in 1986 deed Mercedes er nog een turbo bovenop, met liefst 122 pk.

Opzichtig DTM-plastic

In de jaren ’80 was Mercedes nog niet actief in de Formule 1, terwijl Audi zeer succesvol was met z’n Quattro en BMW zich alweer met de compacte 3-reeks sportief aan het profileren was. Mercedes had dat in de gaten en wou met z’n fonkelnieuwe compacte vierdeurs iets uitzonderlijks realiseren. Dat werd de 190E 2.3-16V met 185 pk. Een motor die mede door het gereputeerde Cosworth op punt gesteld werd. Deze sportieve Mercedes spurtte in net geen 8 seconden naar 100 km/u.

In 1990 ging Mercedes nog een stap verder met de 190E 2.5-16 Evolution II. Het zou de strafste straatlegale versie worden. Op punt gesteld voor het populaire Duitse Toerwagenkampioenschap (DTM). Nog stoerder, herkenbaar aan de brede koetswerkkit en opzichtige DTM-plastic. Uit het viercilinder blokje werd meer dan 300 pk (voor de racerij) gepuurd. Door het vermogen stevig op te krikken en z’n gewicht onder de 1.000 kg te brengen, knalde hij in 7,1 seconden naar 100km/u en was begrensd op 250km/u. Hij wou graag nog wat sneller, maar mocht niet.

Bijna twee miljoen stuks en ze blijven rijden

Vandaag wordt er vooruitgang met muizenstapjes gemaakt, In de jaren ’80 had je nog het gevoel dat sommige constructeurs grote stappen konden zetten. Deze ‘kleine’ Mercedes was zo’n reuzestap. Op alle vlakken.

Mercedes had het goed gezien, het wist dat er met zeer veel scepsis naar een kleine Benz zou gekeken worden. Maar de 190 bleek een schot in de roos, een nieuw doelpubliek, goede verkoopcijfers. In elf productiejaren rolden bijna 1.9 miljoen exemplaren van de band, zonder een breakvariant. In 1993 werd het model vervangen door de C-klasse, die nog altijd erg belangrijk is voor Das Haus. Je ziet nog wel eens een 190, sommige zijn al bijna 40 jaar oud. En ze blijven rijden.

Geef commentaar
comments by Disqus