De eerste Audi TT is een echt stijlicoon (1998 - 2006)

Bekijk 15 foto's
Door: HM 25-06-2019

In een periode dat Audi saai bezig was, verscheen plots dit opvallende stijlicoon. De Audi TT was een compacte coupé die alom bewondering en respect afdwong met z’n uitgesproken design. Een opvallend bolle lijn, wat brutaliteit, twee stevige uitlaten, prominent uitgebouwde wielkasten. Je vergaf deze tweedeurs sportcoupé meteen z’n krap interieur, de onbruikbare achterbank of beperkte koffer. Dat was niet de essentie. 

Een nekkendraaier

De TT bleek ideaal om het merkimago van Audi verder vorm te geven en stond goed bij de hippe, meerwaarde zoekende professional met oog voor stijlvol design. De TT had zeker niet de ambitie om hoge verkoopcijfers te halen. Vooral niet, zo’n coupé moest iets exclusiefs blijven, een begerenswaardig hebbeding. Een blitse verschijning waarvoor de achteloze voorbijganger z’n hoofd draait. Zo’n auto die op het lijstje “ooit nog eens rijden” van autoliefhebbers staat.

De TT werd voor het eerst in 1995 op enkele salons getoond. Het gebeurt wel meer dat een constructeur wat experimenten etaleert op een salon, maar de kans dat dergelijke gewaagde stijloefeningen het productiestadium halen, is meestal erg klein. Ook het zeer conservatieve Audi was totaal niet overtuigd om dit extravagant meesterwerkje te gaan produceren. Het was de periode dat het merk met de vier ringen eerder introvert te werk ging en volop inzette op kwaliteit. Het was immers bezig aan een inhaalrace op BMW en Mercedes. Maar kijk, de reacties van publiek en pers waren unisono lovend en in 1997 kon de TT officieel gepresenteerd worden. De TT stond voor Tourist Trophy, afkomstig van het ter ziele gegane NSU en een verwijzing naar de legendarische (en dodelijke) motorrace op de Isle of Man.

Design boven alles

Bij de TT mochten de Audi-designers zich (voor één keer) helemaal laten gaan. Er waren nauwelijks restricties. Design stond voorop en een merkwaardige zin voor detail. Neem nu die zes of acht inbusboutjes in een cirkel. Van voor tot achter, op de meest onverwachte plaatsen, vond je die inbusboutjes terug: op de wieldoppen, op de ventilatiemonden, op het stuurwiel, rond de versnellingspook, op de tankklep.

Om de kosten niet te hoog te laten oplopen, werd gebruik gemaakt van de bodemplaat van de toenmalige Golf (vierde generatie). Hij kreeg een stevige 1800cc turbo 5-klepper die 180pk naar de voorwielen stuurde. Later kwam de compacte 3200cc VR6-cilinder met 250pk. Die werd voorzien van het Audi-quattrosysteem, vierwielaandrijving dus. Een verwijzing naar z’n verre voorvader, de legendarisch Quattro coupé van 1980. Met weliswaar een heel ander design.

Brutaliteit met twee gezichten

De TT was echt wel een buitenbeentje. Gebouwd in Hongarije en hij gold als een gedurfd bommetje. In meerdere opzichten. Een brutaal design, maar al snel na z’n commercialisering bleek er toch iets te schorten aan z’n weggedrag. De achterwielen braken erg makkelijk uit. De TT had met name bij hoge snelheden veel last van overstuur en wegglijdende achterwielen. Algauw werd er iets teveel gecrasht met deze TT. Hij kreeg een reputatie, en geen goede. Daarom monteerde Audi een Bosch-ESP-systeem, maar (gruwel, gruwel) plakte er ook een esthetisch minder geslaagde achterspoiler op. Moest dat nu echt?

Vanaf 1999 was er ook de open versie. Het was de periode dat de metalen plooidaken opgang aan het maken waren, maar deze roadster kreeg een vintage linnen kap. En werd voorzien van telkens één kleinere rolbeugel per stoel. Da’s veel cooler dan die lelijke grote rolbeugels.

De TT had een unieke plaats in de markt. Er was uiteraard concurrentie van een BMW 3 coupé of een Mercedes coupé, maar die leken erg veel op hun saaie vierdeurs-broers, wat hoegenaamd niet kon gezegd worden van de TT. Er waren ook nog gestroomlijnde beauties zoals de Peugeot 406 coupé, de Alfa GTV of de Fiat coupé. Die zagen er ook zeer leuk uit maar bleken even betrouwbaar als de relatietrouw van een deelnemer op Temptation Island.

De TT coupé en roadster van de eerste generatie vonden op acht productiejaren zo’n 270.000 kopers. Z’n opvolgers zijn vooral blijven voortborduren op het bekende succesvolle thema. Vandaag is er al de derde generatie. Meteen ook de laatste, want Audi trekt er binnenkort de stekker uit.

Geef commentaar
comments by Disqus