Aan de binnenzijde volgt de Leon de trends uit z’n segment. En nog specifieker - die bij de VW Group, al is de vormgeving toch wat minder sober dan bij de andere merken van het concern. Vooral door mat aluminiumkleurige sierstrips over de volledige breedte van het dashboard te integreren oogt het geheel wat lichter en worden de grote vlakken gebroken. Helaas voelen de kunststoffen niet zo prettig aan en pieken en kraken ze wanneer erop wordt gedrukt.

Vereenvoudigd dashboard

Ook hier is het dashboard zo sterk vereenvoudigd dat er - op de waarschuwingsknipperlichten na - geen enkele fysieke knop meer aanzit. Alles wordt gecentraliseerd op en om het 10” infotainmentsysteem (standaard is dat 8,25” groot) en dat is geen pluspunt voor de ergonomie. Je moet immers alles via menu’s doen. Dat Seat het toestaat om het startscherm te personaliseren is een kleine troost.

Seat is van mening dat een hoop extra functies, zoals de mogelijkheid om via een app op je smartphone de auto te ont- en vergrendelen, een paar kleine ongemakken ruimschoots goedmaakt.

Het digitale instrumentarium, met voor de neus van de bestuurder nog een scherm, is standaard vanaf het middelste afwerkingsniveau. Die ‘virtuele cockpit’ presenteert goed, is duidelijk afleesbaar en heeft verschillende weergavemodi.

Tijd nu voor wat substantiële zaken. Het plaatsaanbod vooraan bijvoorbeeld, dat we royaal zullen noemen en perfect vergelijkbaar is met - alweer - dat van de VW Golf. De voorztels bieden een boede laterale ondersteuning, maar zijn zo hard dat ze beslist niet voor iedereen comfortabel zullen zijn. Achteraan valt het grootste nieuws te rapen, dankzij de met 5cm verlengde wielbasis. Die centimeters komen allemaal de achterste passagiers ten goede. Helaas waren ook heir klachten over het zitcomfort.