Voor wie het gemist heeft; Daewoo heet sinds begin dit jaar Chevrolet. De producten van het ‘oude’ Daewoo-gamma worden overgenomen, maar de kronkel in GM’s marketingstrategie gaat ook op zoek naar een nieuwe identiteit. De Matiz is de eerste die die mag uitdragen, want de guitige stadsrakker wordt op een verjongingskuur getrakteerd. Chevrolet’s keuze voor de Matiz is op zich volstrekt logisch: het model is dè Europese verkoopstopper van het merk. In Europa werden er reeds 630.000 van aan de man gebracht en staat het model op de tweede plaats binnen het A-segment met een marktaandeel van 10%. Ook dit jaar hoopt het merk 80.000 tot 90.000 exemplaren op het Oude Continent af te zetten. Na een kleine dip in 2003 zit het segment immers weer in de lift; de Europeanen zouden zich dit jaar één miljoen van dergelijke stadswagentjes aanschaffen. Een negenhonderdtal daarvan hoort in de Belux een eigenaar te vinden. Dat is dan waarschijnlijk een vrouw, want in ons land wordt 62% van de Matiz verkocht aan vrouwen. Het model is vooral populair als eerste nieuwe wagen of als eerste nieuwe ‘tweede’ gezinsvoertuig. De uiterlijke opsmuk is verre van oppervlakkig te noemen. Chevrolet heeft er weliswaar voor gekozen de typerende lijn van het model te bewaren, maar er is niet één koetswerkpaneel dat niet onder handen werd genomen. De Matiz werd volwassener en ook wat meer barok van stijl. Glooiende lijnen, scherpe kantjes en robuustere bumperschilden zorgen voor een meer gedegen en een tikkeltje sportievere uitstraling. De wat beter uitgeruste modellen krijgen boven het dak ook twee beugeltjes die de veelzijdigheid benadrukken. Aan de binnenzijde is de opfrissing net zo grondig. Het dashboard werd volledig herdacht en bestaat nu uit merkbaar betere kunststof dan voorheen. Achter het stuurwiel zit nog een cluster met verklikkerlichtjes, maar het analoge instrumentbord verhuisde naar bovenop de middenconsole. Leuk stijldetail is dat de kleur van de wijzerplaten (blauw, rood of groen) afhankelijk is van de gekozen koetswerkkleur.

Het interieur werd ook getrakteerd op nieuwe stofjes met een fris en trendy motiefje en Chevrolet was niet te krenterig om ook de deurpanelen van een stofje te voorzien. Gecombineerd met een merkbaar prettiger en minder plastiekerig aanvoelend stuurtje en voor z’n klasse uitstekend vormgegeven zitmeubilair is het binnenin de Matiz prettig toeven. In deze prijsklasse is het overigens niet evident dat je beschikt over vijf deuren en even veel zitplaatsen (met bijvoorbeeld drie hoofdsteunen achteraan). Ideaal om de kleine hummeltjes naar school te brengen en met nog 170l bagageruimte is er in het koffertje genoeg plaats voor de wekelijkse boodschappen. Met de achterbank plat is er 845l beschikbaar en kan een bezoek aan de plaatselijke doe-het-zelver ook nog. Chevrolet heeft de twee motoren, een 0,8l driecilinder en een 1.0l viercilinder, herwerkt om minder interne wrijving en dus een beter rendement te bekomen. Het vermogen bleef nagenoeg gelijk; de 796cc driecilinder haalt 52 paardenkrachten bij 6.000t/min en levert net geen 72Nm koppel. De 995cc is goed voor 66pk bij 5.400t/min en levert 91Nm trekkracht. Snel is de Matiz nooit te noemen, maar de prestaties zijn zonder meer voldoende voor vlot stadsverkeer en occasioneel snelwegverbruik. Meer ambieert het model ook niet. De 0,8 haalt na aandringen 145km/u, terwijl de 1.0 goed is voor een top van 156km/u. Acceleratietijden zijn in deze klasse in feite volstrekt onbelangrijk, maar voor de volledigheid vermelden ze we toch; de Matiz haalt 100 in 18,2 of 14,1 tel. Belangrijker is dat door de ingrepen het verbruik gevoelig daalt. De instapper neemt genoegen met 5,2l per 100km (was 6,1l) terwijl de 1.0 5,6l (eerder 6,4l) vraagt.

Krachtpatsers zijn het niet, maar de uitstekende manoeuvreerbaarheid (de wielen staan ver op de hoeken en de draaicirkel bedraagt nauwelijks 9,1m) kwamen ons in de kleine straatjes van een (uitgeregend) Umbrië uitstekend van pas. Het model laat zich gezwind sturen in z’n natuurlijke stadsbiotoop. De aanpassingen aan de structuur (met nu 51% staal met een hoge weerstand in plaats van 37%), een verbeterde achterwielophanging en meer geluidsisolatie vinden we net zo prettig. De vierwieler voelt daardoor stijver aan, is minder springerig en merkbaar stiller dan de uittredende generatie. Een minpuntje is dat de anders sportief klinkende brom van de driecilinder na enige tijd, ondanks de inspanningen, gaat vervelen. De viercilinder lijkt daarom de aangewezen keuze voor wie met wat meer marge en meer auditief comfort z’n Matiz over de snelweg wil leiden.

Het aanbod bestaat uit vier versies; twee voor de 0.8 en twee voor de 1.0. Twee airbags, gordelspanners, een neerklapbare achterbank en ABS zijn steeds standaard. Een stuurbekrachtiging is er op de 0.8 al vanaf het tweede niveau en op de viercilindermodellen hoort zelfs airco tot de mogelijkheden. De Matiz komt pas eind april bij ons op de markt en het prijskaartje is nog niet bekend. Chevrolet belooft alvast een pakket dat nog competitiever is dan het huidige aanbod, gezien de opgewaardeerde uitrusting. Er mag dus gerekend worden op een basisprijs in het lanceringsaanbod van ongeveer € 7.500. Wellicht gaat de prijs daarna enkele procenten de hoogte in.