Volkswagen is een gigant. Logisch dus dat er wordt gewerkt met grote cijfers. Kijk maar eens naar de VW Golf. Die vierde onlangs z’n 45ste verjaardag. En 45 jaar lang werd er elke 41 seconden door iemand ter wereld een nieuwe Golf besteld. Zonder ophouden.
De Golf is de best verkopende VW aller tijden. Hij is de legendarische Kever al jaren voorbij. Maar ook z’n grotere broer, de Passat heeft inmiddels een cijfer achter z’n naam staan dat hoger is dan dat van de originele volkswagen. In het Duitse Emden rolde immers de 30 miljoenste Passat van de band. Dat was een zilvergrijze break - want opvallen doe je zelfs niet in een feest-Passat.

Generatiekloof?

De eerste Passat kwam in 1973 op de markt en inmiddels telt VW acht generaties van het model. Dat zijn er meer dan van de Golf, over ongeveer dezelfde periode. Maar schijn bedriegt. De Duitsers voerden immers een paar keer een doorgedreven facelift door die vooral om marketingredenen als een nieuwe generatie in de markt werd gezet. De jongste uitvoering (B8) kreeg onlangs nog een opfrisser die overigens wel gewoon als een facelift te boek staat. Die was immers eerder bescheiden van aard.

Eén naam, drie auto's

Er loopt met de telling ook wel één en ander mank. VW kan immers meerdere modellen als Passat tellen. Er is immers een Europese variant, de B8, er is een Amerikaanse versie (foto), de NMS, en er is een Chinese versie. De Amerikaanse Passat gebruikt nog de bodemgroep van de vorige Europese generatie, de B7. De Chinese versie, een gigant van 4,93m lang, is dan weer gebaseerd op het MQB-onderstel. Die laatste twee moeten de Europeaan laten voorgaan op vlak van verfijning, afwerking en materiaalkeuze. Maar ze zijn ook minder duur. En hoewel technisch weinig gemeen hebben met de Passat zoals wij die kennen, mag VW ze natuurlijk wel bij de totale productiecijfers van het model tellen.